Roel Kraefft  hoopt dat Eemnes zijn dorpse sfeer behoudt.
Roel Kraefft hoopt dat Eemnes zijn dorpse sfeer behoudt. "Mensen kennen elkaar hier nog." Foto: Bob Awick

'Mensen kennen elkaar in Eemnes, daardoor blijft het dorp zo sfeervol'

Drie Eemnessers kregen dit jaar een lintje. Wie zijn zij? Wij zochten hen op. Deze week: Roel Kraefft, Ridder in de Orde van Oranje-Nassau.

EEMNES Aan het einde van de Hasselaarlaan hield Eemnes op, in de tijd dat Roel Kraeftt hier 45 jaar geleden kwam wonen. Actief in de politiek en voor het onderwijs heeft hij het dorp zien veranderen. Zijn eerste kans voor een lintje kwam in 1998 na zijn wethouderschap. Hij weigerde, want 'een politiek lintje is een automatisme'. Dit jaar nam hij zijn onderscheiding wel met plezier in ontvangst. "Ik had er niet meer op gerekend."

Eigenlijk is het toeval dat Kraefft - in 1974 nog wonend in de Verenigde Staten - naar Eemnes is gekomen. "Ik heb het huis aan de Hasselaarlaan ongezien van een collega gekocht. Het koopcontract is op tien kilometer hoogte getekend in een vliegtuig op weg van Los Angeles naar Chicago met de gedachte: 'Als het niet bevalt, verkoop ik het weer'."

Maatschappelijk debat

Het huis en Eemnes voelden kennelijk goed, want na 45 jaar woont de oud-fractievoorzitter en -wethouder er nog steeds. "Ik ben altijd geïnteresseerd geweest in het maatschappelijk debat", licht hij zijn keuze voor de politiek toe. "Voordat ik naar de VS ging, was ik lid van de PvdA, maar het onderwijsbeleid van het kabinet Den Uyl ging mij tegenstaan. Ik was het er niet mee eens dat begaafde kinderen een bescheidener opleiding zouden moeten volgen om verschillen gelijk te trekken."
Hij werd lid van de VVD en de afdeling Eemnes vroeg hem al snel als voorzitter en later als raadslid. Woningbouw en de ruilverkaveling zijn de twee onderwerpen die hem uit die tijd het meest bijstaan. "Er was in de tachtiger jaren een hoge woningnood. Een partij als Dorpsbelang was tegen uitbreiding. Ik heb me daar juist wel voor ingezet. Mensen moeten wonen en bovendien werden in die tijd al hogere eisen aan gemeenten gesteld. Ook voor de bestuurskracht van Eemnes was het nodig om te bouwen."
In 1974 telde Eemnes 4500 inwoners, nu zijn het er rond de 10.000 en verdere groei is niet te stoppen, verwacht Kraefft. "Daarvoor is er te veel vraag naar bouwgrond. Ik hoop wel dat we de unieke polder aan de oostkant van de Wakkerendijk en de Meentweg kunnen behouden." Op de vraag of het niet zonde is dat alles wordt volgebouwd, haalt hij zijn schouders op. "Ik kan 't wel zonde vinden, maar zelf woon ik ook in een weiland. Het zou hypocriet zijn om tegen andere mensen te zeggen dat zij dat niet mogen. Ik hoop wel dat het dorp zijn sfeer behoudt. Mensen kennen elkaar hier nog."

Phonogramstudio

De gedreven VVD'er, die zich nu Ridder in de Orde van Oranje-Nassau mag noemen, werkte tot zijn pensioen als corporate controller bij Polygram, waar hij ooit begon als medewerker van de Phonogramstudio in Hilversum. De opnamestudio was in de zestiger jaren een begrip en Kraefft ontving beroemdheden als Willy Alberti, Johnny Hoes en Anneke Grönloh. "Het was een leuke periode", haalt hij herinneringen op. "Later sprak ik de artiesten minder vaak, maar voor de echt bijzondere momenten, werd ik meestal wel gevraagd." Zijn pensionering met 60 jaar maakte de weg vrij voor een wethouderschap in 1994 en bestuursfuncties binnen het openbaar onderwijs, het Kringloopcentrum Eemnes en de Nederlandse Caravan Club. Nog steeds is hij lid van de straatnamencommissie in Eemnes, waarin hij nu meedenkt over de naamgeving van de bruggen in Eemnes.
Op 26 april dacht hij ook naar een bijeenkomst van deze commissie te gaan, totdat hij zijn vrouw, kinderen, kleinkinderen zag en een en ander begon te dagen. Het lintje dat hij als aftredend raadslid en wethouder kreeg aangeboden heeft hij geweigerd, want te veel een automatisme. Nu ziet hij de onderscheiding als een eer. "Dit lintje krijg ik omdat anderen mijn inzet waarderen en mij hebben voorgedragen. Dat vind ik een wereld van verschil."

'Het onderwijsbeleid van het kabinet Den Uyl ging mij tegenstaan'